Tagarchief: managerialism

Jeroen Dijsselbloem en de schaduwkant van onze economie

Gisteravond was Minister van Financiën en voorzitter van de Eurogroep Jeroen Dijsselbloem te gast bij de Universiteit Utrecht om zijn visie te geven op de toekomst van de Europese economie. Vlak voor aanvang, was ik even in de gelegenheid een vraag aan hem te stellen. Dijsselbloems antwoord, samen met de daaropvolgende lezing, gaven een aardig inkijkje in het vermogen en onvermogen van een moderne minister van financiën.

Op mijn vraag of grote financiële crises, zoals we die de afgelopen vijf jaar hebben meegemaakt, een inherent onderdeel zijn van ons economisch systeem, antwoordde Dijsselbloem als volgt:

Iedere economie kent vette en magere jaren, maar een crisis van deze omvang hoeven we niet te accepteren. Door middel van betere regulering en beter bestuur kunnen we de reusachtige financiële bubbels, die de oorzaak van de huidige crisis zijn geweest, voorkomen. Strakker toezicht is een middel om de excessen in de financiële sector binnen de perken te houden. Niet alleen nu, maar in principe ook over dertig jaar.

Wel is het zo dat je als bestuurder altijd de vorige oorlog aan het uitvechten bent. Maar toch is het wel degelijk mijn ambitie om toekomstige crises, ook op de lange tot zeer lange termijn, te voorkomen.

Zoals zoveel bestuurders, lijkt Dijsselbloem dus een aanhanger te zijn van wat je managerialism zou kunnen noemen, het geloof dat problemen van bovenaf kunnen worden opgelost en dat beter management de oplossing is voor tekortkomingen in het openbaar bestuur.

Tijdens Dijsselbloems lezing – en ook daarna in de commentaren van hoogleraren Clemens Kool, en Esther Mirjam-Sent – werd echter veelvuldig gesproken over de ‘fundamentele weeffouten’ die al voor de invoering van de euro in de Europese Economische en Monetaire Unie (EMU) waren geslopen. En voorafgaand aan deze missers waren er natuurlijk de weeffouten die eind jaren zeventig en begin jaren tachtig leidden tot de beruchte stagflatie en recordwerkloosheid.

Ondanks Dijsselbloems alleszins bewonderenswaardige ambities, is het dus niet bepaald reëel om te verwachten dat systeemfouten en bijbehorende economische crises kunnen worden voorkomen. Want ook tijdens de jaren zeventig en daarna, gedurende de geleidelijke totstandkoming van de EMU, zal er geen tekort zijn geweest aan nobelprijswinnende economen en capabele bestuurders en managers.

Hoewel het een bestuurder als Dijsselbloem natuurlijk niet valt te verwijten dat hij het systeem waarbinnen hij werkzaam is zo veel mogelijk wil perfectioneren, is het simpelweg niet realistisch om te verwachten dat een complex systeem als de Nederlandse of Europese economie überhaupt kan worden geperfectioneerd. En hoewel ik allesbehalve een fan ben, denk ik toch dat Friedrich Hayek een punt had toen hij erop wees dat de kennis die nodig is om een rationele economische orde te scheppen nooit in geconcentreerde of geïntegreerde vorm kan bestaan:

The peculiar character of the problem of a rational economic order is determined precisely by the fact that the knowledge of the circumstances of which we must make use never exists in concentrated or integrated form but solely as the dispersed bits of incomplete and frequently contradictory knowledge which all the separate individuals possess.

Kortom: op een gegeven moment gaat het dus gewoon weer helemaal mis.

Zodoende zit er weinig anders op dan te erkennen dat we een systeem hebben waarbinnen – om de dertig jaar of zo – een grote groep mensen onvermijdelijk de lul is. Want ook al vind je als schoolverlater tijdens een crisis na verloop van tijd toch nog een aardige baan, die vijf of tien jaar die je als krantenbezorger of, erger nog, doekjesvouwer hebt doorgebracht, zijn hoe dan ook funest voor je totale verdienpotentieel.

Naast solidariteit tussen jong en oud of – binnen Europa – tussen Noord en Zuid, zou het dus ook geen kwaad kunnen om eens serieus werk te maken van de solidariteit tussen de toevallige profiteurs en de even toevallige slachtoffers van economische cycli.

Immers, in de woorden van een welbekend middeleeuws gedicht:

Fortuna […] egestatem, potestatem dissolvit ut glaciem.